Ik wilde de Zaanse Schans altijd al bezoeken – een openluchtmuseum met klassieke windmolens, houten huizen en werkplaatsen, op maar een halfuur rijden van Amsterdam. Je waant je terug in de tijd. Ik bezocht een molen waar ze nog specerijen malen – de geur van kruidnagel en kaneel was heerlijk.
In de oude huisjes worden klompen gemaakt, kaas bereid en snoepjes ambachtelijk gemaakt. Langs de Zaan staan molens in allerlei kleuren en functies (zaagmolen, verfmolen, oliemolen). Daarna reed ik naar Zaandam om het opvallende Inntel Hotel (met die groene huisjesstijl) te bekijken en at ik pannenkoeken in de winkelstraat.
Entree: Het dorp is gratis toegankelijk, individuele molens kosten ongeveer vier euro.
Werkplaatsen: Klompenmakerij, kaasmakerij – vaak gratis demo’s.
Te combineren: Alkmaar of Amsterdam liggen vlakbij.
Fotomoment: Bij zonsondergang zijn de molens extra schilderachtig.
Beste reisperiode: Lente tot herfst; in de winter vroeg donker en rustiger.
Voor wie: Gezinnen, cultuurliefhebbers, fotografen, mensen die van authentiek Holland houden.
Kosten: Molens circa vier euro p.p., parkeren rond tien tot twaalf euro per dag.
Tijdsduur: Een halve dag vanuit Amsterdam, of één à twee dagen inclusief Zaandam.
